Quiz 13 januari 2022
Uitslag
Vraag 1/3
Huurder Oscar heeft een eenmansbedrijf en huurt een kantoorruimte. Deze huurovereenkomst loopt aan het einde van dit jaar af. De verhuurder heeft dat laten weten via een deurwaardersexploot, waarbij Oscar ook gesommeerd is tijdig te ontruimen. Kan Oscar hiertegen actie ondernemen?
Uw antwoord was goed!
Uw antwoord was fout.
Het juiste antwoord was:
Uw antwoord was goed!
Uw antwoord was fout.
Het juiste antwoord was:
Uw antwoord was goed!
Uw antwoord was fout.
Het juiste antwoord was:
Uw antwoord was goed!
Uw antwoord was fout.
Het juiste antwoord was:
Toelichting
Een kantoorruimte valt onder het bereik van artikel 7:230a BW. Bij deze vorm van verhuur geldt geen huurbescherming: het contract is dus doorslaggevend over het einde van de huur. Wel moet de verhuurder de termijn waar op moet worden ontruimd, kenbaar maken; in dit geval heeft de deurwaarder dat gedaan. Oscar kan dan de rechter verzoeken om de ontruiming met maximaal 1 jaar te verlengen, en Oscar kan bij toewijzing nog twee keer verzoeken om maximaal 1 jaar de ontruimingstermijn te verlengen (art. 7:230a lid 5 BW). De rechter weegt de belangen van de huurder en de verhuurder en gaat slechts over tot verlenging van de ontruimingstermijn, wanneer de belangen van de huurder ernstiger worden geschaad door ontruiming dan de belangen van verhuurder bij voortzetting van het gebruik (art. 7:230a lid 4 BW).
Kies een antwoord.
Vraag 2/3
Oscar kan inderdaad actie ondernemen: hij kan de rechter verzoeken om de ontruimingstermijn te verlengen. Binnen welke termijn moet Oscar dit doen?
Uw antwoord was goed!
Uw antwoord was fout.
Het juiste antwoord was:
Uw antwoord was goed!
Uw antwoord was fout.
Het juiste antwoord was:
Uw antwoord was goed!
Uw antwoord was fout.
Het juiste antwoord was:
Uw antwoord was goed!
Uw antwoord was fout.
Het juiste antwoord was:
Toelichting
Artikel 7:230a lid 1, slotzin, BW stelt de termijn tot het verzoeken van ontruimingsbescherming binnen twee maanden na het tijdstip waartegen schriftelijk ontruiming is aangezegd. Gedurende deze twee maanden kan de verhuurder niet verlangen dat de huurder tot ontruiming overgaat. Het verzoek aan de rechter schort de verplichting om te ontruimen op totdat de rechter heeft beslist (art. 7:230a lid 3 BW).
Kies een antwoord.
Vraag 3/3
Oscar heeft binnen de termijn van twee maanden de rechter verzocht om de ontruimingstermijn te verlengen met 1 jaar. De rechter heeft zijn verzoek afgewezen: de belangen van verhuurder worden volgens de rechter ernstiger geschaad dan die van Oscar. Omdat het verzoek is afgewezen, heeft de rechter ook maar meteen het tijdstip van ontruiming vastgesteld. Oscar is het hier totaal niet mee eens. Kan hij actie ondernemen?
Uw antwoord was goed!
Uw antwoord was fout.
Het juiste antwoord was:
Uw antwoord was goed!
Uw antwoord was fout.
Het juiste antwoord was:
Toelichting
Artikel 7:230a lid 8 BW bepaalt dat tegen een beschikking krachtens dat artikel geen hogere voorziening is toegelaten.
Op grond van artikel 7:230a lid 7 BW is de rechter verplicht om bij afwijzing van het verzoek tot verlenging van de ontruimingstermijn het tijdstip van ontruiming vast te stellen. De beschikking van de rechter geldt als veroordeling tot ontruiming. Dat de rechter dus Oscar heeft veroordeeld te ontruimen, volgt uit de wet.
Op grond van artikel 7:230a lid 7 BW is de rechter verplicht om bij afwijzing van het verzoek tot verlenging van de ontruimingstermijn het tijdstip van ontruiming vast te stellen. De beschikking van de rechter geldt als veroordeling tot ontruiming. Dat de rechter dus Oscar heeft veroordeeld te ontruimen, volgt uit de wet.
Kies een antwoord.