Quiz 16 september 2021

Uitslag
Vraag 1/3
Maartje huurt een sociale woning van woningcorporatie Prettig Wonen. Zij betaalt voor haar woning een huurprijs van € 600,-, bestaande uit een kale huurprijs van € 500,- en € 100,- aan servicekosten. Onder de servicekosten vallen kosten voor het gebruik van gas, water, licht en elektra, het schoonmaken van de galerijen en het doen van onderhoud aan de gemeenschappelijke tuin door Prettig Wonen. De schoonmaakwerkzaamheden en het tuinonderhoud worden echter niet uitgevoerd door Prettig Wonen. Kan Maartje betaling van de servicekosten opschorten?
Uw antwoord was goed!
Uw antwoord was fout.
Het juiste antwoord was:
a
Ja. Maartje kan betaling van de gehele servicekosten (€ 100,-) opschorten totdat Prettig Wonen de onderhouds- en schoonmaakwerkzaamheden uitvoert, mits zij dit schriftelijk mededeelt aan Prettig Wonen.
Uw antwoord was goed!
Uw antwoord was fout.
Het juiste antwoord was:
b
Ja. Maartje kan betaling van een gedeelte van de servicekosten opschorten totdat Prettig Wonen de onderhouds- en schoonmaakwerkzaamheden uitvoert. Het gedeelte aan huurpenningen dat Maartje opschort moet namelijk in verhouding staan met het gebrek in de nakoming door Prettig Wonen.
Uw antwoord was goed!
Uw antwoord was fout.
Het juiste antwoord was:
c
Nee. Maartje kan de betaling van de servicekosten niet opschorten; de wet staat inhouding van servicekosten niet toe. Maartje kan slechts achteraf in een procedure bij de Huurcommissie of de rechter haar betalingsverplichting laten vaststellen.
Toelichting
In het geval van servicekosten bestaat er een verplichting van de verhuurder tot het leveren van diensten en een verplichting van de huurder om hiervoor te betalen. Indien de verhuurder (een gedeelte van) de diensten niet levert, kan de huurder zijn of haar betalingsverplichting dus ‘opschorten’: dat betekent het geld inhouden totdat alsnog de diensten zijn geleverd, waarna alsnog moet worden betaald. Dit is geregeld in artikel 6:262 BW. Er moet echter wel voldoende samenhang zijn tussen de niet geleverde diensten en de betaling van de huurder (art. 6:262 lid 2 BW). Dit houdt in dat de huurder slechts het deel van de servicekosten mag opschorten dat betrekking heeft op niet geleverde diensten, in dit geval slechts voor tuinonderhoud en schoonmaak. En als Prettig Wonen dat alsnog uitvoert, moet Maartje alsnog betalen.
Kies een antwoord.
Vraag 2/3
Woningcorporatie Woonzicht verhuurt aan Ada een woning. Woonzicht heeft al vijf jaar geen controle meer gedaan in de woning. In verband hiermee wil Woonzicht de cv-installatie in de woning van Ada laten controleren en waar nodig laten repareren door een monteur. Is Ada verplicht om uitvoering van de werkzaamheden in haar woning toe te staan?
Uw antwoord was goed!
Uw antwoord was fout.
Het juiste antwoord was:
a
Ada hoeft de uitvoering van de werkzaamheden alleen toe te staan, indien in de huurovereenkomst en/of algemene huurvoorwaarden specifiek is opgenomen dat Ada is gehouden tot het verlenen van medewerking aan de uitvoering van controle- en onderhoudswerkzaamheden in de woning.
Uw antwoord was goed!
Uw antwoord was fout.
Het juiste antwoord was:
b
Ada hoeft de uitvoering van de werkzaamheden niet toe te staan, aangezien dit een onevenredige inbreuk op haar privacy op zou leveren.
Uw antwoord was goed!
Uw antwoord was fout.
Het juiste antwoord was:
c
Ada moet uitvoering van de werkzaamheden hoe dan ook toestaan en daaraan meewerken, ook als daarover niets in de huurovereenkomst staat.
Toelichting
Een huurder dient op grond van artikel 7:220 lid 1 BW mee te werken aan de uitvoering van dringende werkzaamheden in zijn of haar woning. Er moet in dit geval wel sprake zijn van werkzaamheden die bij uitstel tot extra kosten of schade zouden leiden. Daarbij kan het om reparaties gaan, maar ook om controlewerkzaamheden ter herstel of ter voorkoming van schade. Vaak is deze verplichting ook opgenomen in een huurovereenkomst en/of algemene huurvoorwaarden. Indien de huurder geen medewerking verleent, kan de verhuurder naar de rechter stappen de verhuurder te machtigen om de werkzaamheden uit te voeren in de woning van de huurder.
Kies een antwoord.
Vraag 3/3
Van de Overlegwet kan niet worden afgeweken: de wet is dwingend recht.
Uw antwoord was goed!
Uw antwoord was fout.
Het juiste antwoord was:
a
Inderdaad, afwijken is niet mogelijk.
Uw antwoord was goed!
Uw antwoord was fout.
Het juiste antwoord was:
b
Afwijken is wel mogelijk.
Toelichting
De Overlegwet is een minimumregeling. Afwijken ten voordele van de huurdersorganisatie en bewonerscommissie mag wel: bij overeenkomst kunnen meer rechten worden toegekend dan de wettelijke (art. 6).
Kies een antwoord.